Op 31 maart vindt de NOVI-conferentie plaats onder het motto ‘van visie naar uitvoering’. Centraal op deze conferentie staat ‘informeren en inspireren’. De Stichting Kennis Gebiedsontwikkeling (SKG) zal op deze dag met TU Delft hoogleraar gebiedsontwikkeling Co Verdaas een livestream verzorgen. Hij zal het gesprek aangaan over de dilemma’s van sturen op samenhang en de lange termijn, in tijden van grote onzekerheid. En hoe overheden, marktpartijen en maatschappelijke partners hiermee om kunnen gaan.
De opgaven waar we voor staan zijn groter dan de beschikbare ruimte in Nederland. Dit vraag om meer regie en sturing vanuit het Rijk. De Nationale Omgevingsvisie (NOVI) en de bijbehorende Uitvoeringsagenda (2021-2024, pdf) maken onderdeel uit van een proces waarin één overheid – samen met de samenleving – werkt aan de doelen, ambities en een integrale aanpak van de prioritaire NOVI-opgaven. De NOVI wordt door het Rijk samen met medeoverheden en maatschappelijke partijen gebiedsgericht uitgewerkt in omgevingsagenda’s, gebiedsagenda’s en NOVI-gebieden. De omgevingsagenda’s dienen als integratiekader om de verschillende programma’s in gebieden bij elkaar te brengen.
Vertrouwen essentieel voor samenwerking
Op 3 maart ondertekende de VNG, het Interprovinciaal Overleg (IPO), de Unie van Waterschappen (UvW) en minister Ollongren de Samenwerkingsafspraken bij de NOVI. Houding en gedrag zijn een belangrijk punt hierin om tot gezamenlijke uitvoering te komen. “In de samenwerkingsprocessen organiseren we dit leren expliciet door continue reflectie in te bouwen. Zo kunnen we patronen signaleren en doorbreken. Daarmee creëren we een setting voor samenwerking waarin we elkaar kunnen coachen, waarbij we begrip voor elkaar hebben en waar we ons kwetsbaar op kunnen stellen. Zo ontstaat vertrouwen.”
Vertrouwen geldt in de NOVI Samenwerkingsafspraken terecht als essentieel element
Gezamenlijke uitvoering van de gebiedsagenda’s vraagt naast sectorale kennis om integrale samenwerking binnen en buiten de overheid. Dit is niet altijd eenvoudig, het stapelen van ambities werkt niet. Binnen de omgevingsagenda worden dan ook de eerste afgewogen keuzes gemaakt binnen en tussen beleidsvelden. Welke opgaven krijgen in een bepaald gebied prioriteit? De noodzakelijkheid van het maken van afwegingen zowel in de omgevings- als gebiedsagenda’s is geen nieuw inzicht maar gezien de grote opgaven waar we voor staan vaak wel complexer dan in het verleden. Om die afwegingen te maken is vertrouwen tussen partijen nodig. En vertrouwen wordt in de NOVI samenwerkingsafspraken dan ook terecht als essentieel element benoemd.
Regionale investeringsagenda’s
Een voorbeeld van het werken in en aan vertrouwen is de NOVI-alliantie, een brede coalitie van NEPROM, middelgrote gemeenten (G40), VNO-NCW, Staatbosbeheer, de openbaarvervoerwereld en de Stichting Kennis Gebiedsontwikkeling heeft het initiatief genomen om samen met bestuurders in vijf regio’s in Nederland aan regionale investeringsagenda’s (RIA’s) te werken. Dit om de NOVI-ontwerpnota van het Rijk samen met de 1 miljard euro voor de woningbouwimpuls te vertalen naar uitvoering voor het komend decennium. De NOVI-alliantie zet voor de RIA’s als eerste in op het integreren van verkokerde investeringen. Het tweede punt in de aanpak is publiek-private samenwerking nieuwe stijl (langjarig, strategisch, samenhang tussen infra-klimaat-groen-woningbouw-verstedelijking-economie, et cetera). Als derde wordt ingezet op meer stabiliteit, voorspelbaarheid, innovatie, financiële ‘zekerheid’, onder andere door het bundelen van investeringen.
De uitvoeringsgerichte RIA’s maken het zo mogelijk verder in de tijd te kijken en in te zetten op regionaal draagvlak en een afweging van benodigde investeringen. Zo kan met betrokkenheid van lokale partijen worden gekeken welke (lange termijn) ruimtelijke keuzes en integrale aanpak het beste passen.
De Uitvoeringsagenda vraagt om specifieke kennis en expertise
Digitale leeromgeving
Uitvoeringskracht vraagt naast vertrouwen ook om specifieke kennis en expertise. Tevens is het een leeromgeving. Op dit moment is er op veel plekken een gebrek aan mensen met de benodigde capaciteiten en competenties. De beschikbaarheid van deskundigheid is zeker voor de middelgrote en kleine gemeenten, maar ook aan de private kant een belangrijk aandachtspunt. Het uitwisselen van mensen tussen gemeenten, provincies en private partijen kan een belangrijke bijdrage leveren om elkaars omgeving en werkwijze te snappen. Het draagt, naast het uitwisseling van kennis en ervaring bij aan begrip voor elkaars positie, het leren van elkaars taal en zo ook aan vertrouwen tussen partijen. De SKG kan – voor het cyclisch proces van de NOVI – met haar publieke en private partners hieraan een belangrijke bijdrage leveren in samenwerking met de TU Delft en andere kennisinstellingen. Een digitale leeromgeving is hierbij een essentieel onderdeel. Ook kan gedacht worden aan een programma waarin ‘meesters’ (ervaring; sommige patronen/processen zijn van alle tijden) gekoppeld worden aan een gezel (frisse ideeën).
In de Samenwerkingsafspraken bij de NOVI is aandacht voor stilstaan bij de voortgang van de transitieopgaven en de gezamenlijke inzet hierbij. “De jaarlijkse NOVI conferentie vormt een moment om stil te staan bij en gezamenlijk te bekijken hoe de samenwerking verloopt tussen de verschillende overheden. Wat gaat goed en op welke terreinen liggen nog aandachtspunten? Verder is in het cyclische proces van de NOVI een tweejaarlijkse effectenmonitor opgenomen. Deze monitor brengt de voortgang van de verschillende transitieopgaven in beeld. Met behulp van deze monitor kan gezamenlijk worden bezien hoe de samenwerking verloopt en waar eventueel meer aandacht nodig is.”
Een digitale leeromgeving is een noodzakelijke aanvulling om de beoogde werkwijze van de NOVI, namelijk ‘permanent en adaptief’, met betrokken partijen vorm te geven.