Impact van onzichtbare data op onze leefomgeving

Maatschappelijk en economisch worden we steeds afhankelijker van digitale technologie. Begrippen als ‘Smart City’ en ‘Internet of Things’ (IoT) komen bijna dagelijks langs. Maar naast kansen zien we steeds vaker de schaduwkanten van deze deels onzichtbare wereld. Denk aan cyberaanvallen, zogenaamde transparantie in het politieke domein, en de omgang met alle verzamelde data.

Als eerste de cyberaanvallen. Een bekend voorbeeld zijn overbelaste servers van banken met als gevolg niet werkende online diensten. Of denk bij vervoer aan het platleggen van een containeroverslagbedrijf in de Rotterdamse haven. Ander voorbeeld: de risico’s van digitale aanvallen op stroomnetten en drinkwaterbedrijven. Personeel en opleiding zijn hierbij essentieel. Zo kwam recent naar buiten dat de digitalisering van ons stroomnet gevaar loopt vanwege een personeelstekort. Dat komt bovenop de hobbel van de omslag naar duurzame energie. Kennis en inzicht over mogelijke cyberaanvallen zijn onontbeerlijk.

Een andere schaduwkant zien we in het politieke domein. We horen steeds vaker berichten over ‘nepnieuws’. Hoe verhoudt dit zich tot onze democratie? Een actueel voorbeeld hiervan is de Vijfsterrenbeweging in Italië, die inzet op directe democratie via het geven van reacties op voorstellen op internet. Wat er echter gebeurt met deze online reacties is niet altijd duidelijk.

Als derde een punt waar we veel over horen: het achter de schermen verzamelen en analyseren van data. Kenmerkend hierbij zijn de grote omvang, de snelheid en de diversiteit van typen data en bronnen. De uitdaging is te komen tot bruikbare informatie. Denk aan het volgen van iemand in de stad via zijn mobiele telefoon. Dit geeft voor de gebruiker onmerkbaar inzicht in datagebruik en reis- en winkelgedrag. Een tastbaarder voorbeeld is het verkrijgen van meer inzicht in de parkeerdruk en bewegingen in de stad. De gemeente Eindhoven kiest ervoor om een platform voor elektrische deelauto’s een sterk gereduceerd parkeertarief te geven. Als tegenprestatie deelt het bedrijf zijn data over het gebruik van de auto’s met de gemeente. Dit sluit mooi aan bij de door de gemeente in 2015 opgestelde 8-regelige datacode, dat kaders geeft voor dataverwerking in de openbare ruimte.

Zomaar drie invalshoeken die een tipje van de sluier oplichten. Daarnaast zijn er ook combinaties van digitaal gebruik en fysieke tastbaarheid. Zo zit Nederland met zo’n 80% online winkelaankopen in de top 5 van Europese landen. Twintig jaar geleden startte Bol.com als webwinkel. En met Picnic hebben we – naast online services van diverse supermarkten – een volledig digitale supermarkt (die overigens zeer zichtbaar is dankzij minibusjes in de openbare ruimte). De omzet van fysieke supermarkten is nog geen twee keer zo groot als die van de digitale varianten.

Een andere digitale ontwikkeling met fysieke zichtbaarheid, is het nieuwe mobiele netwerk 5G. Het verschil met de vierde generatie is de veel hogere snelheid. Om de mogelijkheden hiervan te verkennen, heeft Groningen een proeftuin 5G: lantaarnpalen met sensoren om elektrische auto’s op te laden, WiFi-antennes, slimmer regelen van het verkeer en meten van de luchtkwaliteit en geluid. Al deze voorbeelden laten zien dat de onzichtbare wereld steeds meer een gezicht krijgt en vraagt om een actieve overheid en passende opleidingen.

Bovenstaande ontwikkelingen nemen nog een bescheiden ruimte in. Zichtbaarheid van de digitale wereld op een veel grotere schaal is op komst. Vestigt het distributiecentrum van de Chinese webwinkel Alibaba zich in Zuid-Nederland? Dit logistieke bedrijf heeft een omvang van zeker 50 voetbalvelden. Het Nederlandse Bol.com heeft plannen voor 200.000 vierkante meter in Waalwijk. Een ander voorbeeld zijn de ‘hyperscale’-datacentra in de Wieringermeer, onderdeel van de Amsterdamse regio, met een nummer-2-positie in Europa. Op het bedrijventerrein Agriport A7 in de Wieringermeer zijn ’serverflats’ tot veertig meter hoogte toegestaan voor opslag en distributie van digitale informatie. Naast Microsoft vestigt Google zich hier binnenkort ook zichtbaar.

De namen van al deze bedrijven kent iedereen, maar wat is hun betekenis? Niet alleen in economisch opzicht, maar ook in breder perspectief. Wat leveren ze ons op en wat betekenen ze voor omwonenden? Waar kiezen we voor in een land met steeds schaarser wordende ruimte?

Het lijkt me een mooi moment om de bril van Kate Raworth op te zetten. Deze Britse econoom geeft in haar boek Donuteconomie aan dat economische groei onze planeet in gevaar brengt. Ze pleit ervoor om de economie te laten balanceren tussen een ecologische bovengrens en een sociale ondergrens. Dit perspectief kan ook houvast geven voor het gezamenlijk opstellen van bij Nederland passende publieke waarden en onze schaarse ruimte. Of volgen we China, waar het collectieve boven het individuele belang staat? In Shenzhen wordt iedereen gefilmd die een voetpad oversteekt. Na vijf keer oversteken bij rood licht, kom je op een zwarte lijst. In veel gevallen betekent dat verhuizen naar een andere stad…

Deze column verscheen eerder op ROmagazine.nl

Wat worden de Deltawerken van het Klimaatakkoord?

Volgens het Planbureau voor de leefomgeving zijn de voorstellen voor het Klimaatakkoord technisch haalbaar. Maar spreken ze voldoende tot de verbeelding? En geven ze voldoende houvast? Een terugkerende vraag is: wie gaat welke investering doen?

De vakgroep Artificial Intelligence (AI) van de Universiteit van Amsterdam presenteerde recent een programma dat de kansen van een start-up kan voorspellen (score 62%). Welke factoren bepalen of er wordt geïnvesteerd? Hoe neem je een beslissing als je met veel onzekere factoren te maken hebt? Een van de eerste lessen volgens hoogleraar kunstmatige intelligentie Maarten de Rijke is dat je beter op een sterk concept kan inzetten dan op mensen.

Een sterk concept, een herkenbare factor in ons vakgebied. Zo zijn de polders en Deltawerken sterke nationale concepten. Recente bijpassende investeringen zijn de datacentra Agriport in de Wieringermeerpolder. Of ten tijde van de Deltawerken, het open houden van de verbinding met de haven in Rotterdam, vanwege het economische belang. Een ander sterk concept in deze stad: het basisplan voor de wederopbouw. De sturende ruimtelijke basiselementen hierin zijn tot vandaag de dag tastbaar. Denk aan de verlegde hoofdwaterkering aan de Maasboulevard, de Coolsingel als het nieuwe centrum en de ruimte voor verkeer. Een uitzondering was de keuze na de oorlog voor een beperkt woningbouwprogramma. Maar dit biedt nu in het centrum investeringskansen voor hoogbouw en verdichting.

Dankzij de ‘smart city’ beschikken we over tal van data over inwoners, parkeerplaatsen, energieopwekking en -verbruik etc. Net als in het AI-onderzoek wordt met algoritmes gezocht naar patronen. Informatie om tot keuzes te komen. Wat als we met de bril van het UvA programma naar het Klimaatakkoord kijken? Een voorzet. Over welke actuele maatschappelijke opgaven wordt het meest gesproken? Wat is de frequentie van bepaalde opmerkingen hierover (bijvoorbeeld ‘kabinet aan zet’ versus ‘oproep private investeringen’)? Hoe wordt gesproken over het bestuur en samenwerkingen?  Wat is de impact van inhoudelijke data (deels al beschikbaar)? Welke informatie halen we uit patronen van management, investeringen en relevante eerdere overeenkomsten?

De klok voor het Klimaatakkoord tikt door. De Vereniging Deltametropool deed – met inspirerende voorbeelden – recent een oproep voor een aansprekende nationale ruimtelijke visie. Het is tijd voor een dergelijk sterk concept om de investeringen te stimuleren, een mooie les uit de wereld van Artificial Intelligence.